Matthäus Passion, van Johann Sebastian Bach 2014
Goede Vrijdag 18 april 2014 In de Sint Werenfriduskerk te Zieuwent

Sint Werenfriduskerk Zieuwent
Het concert
Dit project wordt onder verantwoordelijkheid van Stichting Paaspop Klassiek georganiseerd. Elk jaar wordt door deze stichting een concert gebracht in de Sint Werenfriduskerk te Zieuwent met een professioneel orkest en met professionele solisten. De Stichting Paaspop Klassiek wil in samenwerking met Festival Paaspop- Zieuwent een jong en breed publiek interesseren voor klassieke muziek en passiemuziek in het bijzonder als aanvulling op bestaande aanbod van popmuziek. Zie www.paaspopklassiek.nl . De Stichting Paaspop Klassiek is erg verheugd aan te kunnen kondigen dat op vrijdagavond 18 april 2014 de Matthäus Passion van Johann Sebastian Bach zal worden uitgevoerd. Het concert begint om 19.30 uur.De uitvoerenden
De muzikale leiding is in handen van Emile Engel. De uitvoering door het koor van ca 50 zangers zal worden ondersteund door zes professionele solisten en door het orkest Concerto Barocco, bestaande uit ca 35 professionele musici.Solisten
- Evangelist (tenor) – zingt de letterlijke tekst van het Evangelie
- Jezus (bas)
- Judas (bas)
- Petrus (bas)
- Hogepriester (bas)
- Pilatus (bas)
- eerste en tweede maagd (sopraan)
- eerste en tweede priester (bas)
- vrouw van Pilatus (sopraan)
- twee getuigen (alt en tenor).
Dirigent Emile Engel

Koren
- Vocaal ensemble Ex Arte
- Concentus Cantzione
- Jongenskoor basisschool Sint Jozef, Zieuwent, groep 8
Jongenskoor
Vanaf eind oktober 2011 zal door de dirigent wekelijks les worden gegeven aan groep 8 van de Sintt Jozefschool uit Zieuwent. Er zal een jongenskoor worden samengesteld voor de coro repinie van het openingskoor en het slotkoor van het eerste deel. Dit project staat in het kader om jongeren te interesseren voor klassieke muziek en de Matthäus Passion in het bijzonder.Ex Arte
Ex Arte is een koor van ca 25 zangers met geschoolde stemmen en vertrouwd met muziek uit de Barok en Renaissance, maar heeft ook moderne muziek op het repertoire staan. Dat leidt tot uiteenlopende concerten: van de 16e eeuwse Lamentations van Thomas Tallis in de Huize Brecklenkamp, de Maria Vespers van Monteverdi tot het speciaal voor Ex Arte geschreven Quasi Rapito( 2004) van Berry van Berkum in het Muziekcentrum van Enschede.
Concentus Cantzione
Concentus Cantzione is een projectkoor, samengesteld uit geschoolde zangers en zangeressen uit Gelderland en Overijssel. Dirigent Emile Engel. Het projectkoor bestaat voor dit project uit ca 7 sopranen, 7 alten, 6 tenoren en 6 bassen.
Orkest
Concerto Barocco betekent, letterlijk vertaald: Het Barokconcert. Deze naam is gekozen omdat hij het best beschrijft waar het bij dit ensemble om gaat. Concerto Barocco is een ensemble dat een breed scala aan instrumentbezettingen in zich herbergt, van trio tot compleet barokorkest. De programma’s van dit ensemble omvatten werken uit de 17e en 18e eeuw, waarbij het zwaartepunt ligt bij de Italiaanse muziek. Concerto Barocco bestaat uit professionele musici, gespecialiseerd in muziek uit de barokperiode. | ![]() |
Achtergrond van de Matthaeus Passion
De Matthäus Passion is geschreven voor twee koren (groepen zangers en instrumentalisten). Een compositie met dubbele koren (cori spezzati) was ten tijde van Bach vooral in de Venetiaanse opera gebruikelijk. Tegenwoordig is het overigens gebruikelijk om slechts met één groep solisten en met één continuogroep te spelen. De passie sluit aan bij de werkwijze die Bach ook in een groot aantal cantates toepaste. Er zijn een aantal hoofdelementen: Recitatieven (de verhaallijn volgens het evangelie van Matthäus), gezongen door solisten. Hiervan zijn twee soorten: het recitativo secco (summier begeleid met lange liggende akkoorden, en het recitativo accompagnato (een recitatief waarin de begeleiding een meer polyfoon karakter heeft)- Koralen (die weliswaar uitgecomponeerd de bestaande tekst en melodie volgen van standaardkoralen)
- Aria’s (persoonlijk gedichte teksten, meest in A-B-A-vorm (Da Capo)
- Koorgedeeltes (doorgaans commentaren vanuit de menigte op de gebeurtenissen)
Opbouw
De Matthäus-Passion heeft een heldere opbouw. Na het groots opgezette openingskoor vertelt de Evangelist het lijdens- en sterfverhaal van Jezus met minimale muzikale begeleiding. Deze vertellijn wordt onderbroken door recitatieven, aria’s en koralen, om een individuele of collectieve reflectie op het verhaal te geven. De Matthäus-Passion eindigt bij de dood van Jezus met het slotkoraal “Wir setzen uns mit Tränen nieder”. De Matthäus-Passion bestaat uit een kort eerste deel en een lang tweede deel. Hiermee geeft Bach een kruisvorm aan. Het ‘snijpunt’ van dit kruis vindt plaats rondom de verloochening door Petrus: precies halverwege het eerste deel kondigt Jezus aan Petrus aan dat deze hem driemaal zal verloochenen en na ongeveer even lang in het tweede deel vindt dit daadwerkelijk plaats.
Tekst van de Matthäus-Passio
De recitatieven komen uit hoofdstuk 26 en 27 van het Evangelie volgens Matthäus. De teksten van de aria’s en arioso’s zijn geleverd door Bachs vaste tekstschrijver Picander. De koralen zijn gebaseerd op bestaande kerkliederen voor de lijdenstijd. Zo zijn verschillende coupletten uit O Haupt voll Blut und Wunden en Befiehl du deine Wege van Paul Gerhardt opgenomen.
Symboliek
Bach speelt veel met getallen. Zo is de getalswaarde van de naam BACH gelijk aan 14 (B is de 2e letter van het alfabet, A de 1e, C de 3e en H de 8e, samen is dat 14). Het getal 14 komt in de Matthäus-Passion veelvuldig voor, er zijn bijvoorbeeld 14 koralen, wat dus terugslaat op de naam Bach. Minder bekend is dat 14 maal naar het Hart verwezen wordt. De Matthäus-Passion bestaat in totaal uit 68 muziekstukken. Naast de 14 koralen zijn er 27 passages waarin het evangelie wordt gezongen, en 27 overige stukken. Het getal 27 staat bij Bach voor de drie-eenheid van God (3×3×3). De 27 stukken evangelietekst bestaan uit in totaal 729 maten, wat het kwadraat is van27. In het stuk wordt door het koor: “Herr, bin ich’s?” gezongen. Dit is in het stuk wanneer Jezus met de 12 apostelen aan het laatste avondmaal deel neemt. Het woord “Herr” wordt elf keer gezongen, geen 12 keer, Judas (de verrader) zingt immers niet mee. Een ander duidelijk voorbeeld van symboliek vindt men in de muzikale omlijsting van Jezus: bij alle teksten die Jezus zingt, wordt hij begeleid door liefelijke strijkers, behalve bij z’n laatste woorden. Deze beroemde woorden luiden ‘Eli, eli, lema sabachthani’, vertaald ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten’; de volledige verlatenheid van Jezus wordt hier dus geïllustreerd door de afwezigheid van de strijkers. De Matthäus-Passion eindigt met een groot septiem als voorhouding. De voorhouding lost normaal op. Dit symboliseert de opstanding van Christus. Maar de symboliek komt ook op een minder subtiele wijze terug. De begeleiding van de Christuspartij in de recitatieven bijvoorbeeld gebeurt met een basso continuo. In totaal speelt deze basbegeleiding 365 noten, het aantal dagen in het jaar. Bach geeft hiermee aan dat Jezus de basis van alle dagen van het jaar vormt. Vanaf ongeveer 1950 wordt er door Bach-kenners druk gezocht naar allerlei verborgen symbolieken in de Matthäus-Passion. Zo zou Bach zijn geboortedatum en zelfs zijn sterfdatum muzikaal hebben verwerkt. Critici wijzen erop dat wie maar lang genoeg zoekt vanzelf wat zal vinden en nemen aan dat veel van de gevonden “boodschappen” berusten op toeval. Het werken met getallen, symboliek en retoriek was in de barokmuziek overigens een praktijk die ook bij andere componisten voorkwam, met name bij Heinrich von Biber.
Uitvoeringsgeschiedenis
Voor zover bekend heeft Bach zelf in Leipzig vier uitvoeringen van de Matthäus-Passion verzorgd: in 1727, 1729, 1736 en in 1740. Nadat Bach in 1750 overleden was, raakte zij evenals zijn andere muziek in vergetelheid. Op 11 maart 1829 verzorgde Felix Mendelssohn-Bartholdy voor het eerst sinds Bachs overlijden een ingekorte uitvoering met de Singakademie te Berlijn. Reeds in 1925 trachtte men tot uitvoeringen te komen, die klonken zoals het stuk in Bachs tijd geklonken heeft. De authentieke uitvoeringspraktijk heeft echter pas in het laatste kwart van de twintigste eeuw, door de invloed van mensen als Nicolaus Harnoncourt en Ton Koopman, de oude uitvoeringspraktijk met haar grote orkesten en koren verdrongen.Nederland
Het stuk wordt in de passietijd opgevoerd. In 1870 werd de Matthäus-Passion voor het eerst in Nederland uitgevoerd, door Toonkunst Rotterdam onder leiding van Woldemar Bargiel. De grote Matthäus-traditie in Nederland heeft kunnen ontstaan mede dankzij Willem Mengelberg in Amsterdam en De Nederlandse Bachvereniging in Naarden. Heden ten dage zijn er in Nederland ruim 100 plaatsen waar de Passion wordt uitgevoerd, van grote concertgebouwen tot kleinere parochiekerken.Vergelijking met de Johannes Passion
De Johannes Passion wordt vaak vergeleken met de Mattheus Passion, die Bach enkele jaren later zou schrijven. In vergelijking met de Mattheus Passion, is de Johannes Passion muzikaal wat feller, maar tegelijkertijd ingetogener. Zijn voor de Mattheus Passion twee orkesten en twee koren nodig: bij de Johannes Passion volstaat een kleiner orkest en één koor. Bach volgt vrijwel letterlijk de teksten van het Evangelie naar Johannes. Op twee plaatsen brengt hij een kleine toevoeging uit het Evangelie naar Mattheus aan (het wenen van Petrus nadat de haan gekraaid heeft en het scheuren van het voorhang in de tempel, de aardbeving, het splijten van de rotsen en de opstanding van de gestorvenen na de dood van Jezus). Hierdoor ligt het accent in de Johannes Passion minder op het lijden van Jezus. Jezus komt meer over als een krachtige persoonlijkheid die een boodschap te vertellen heeft dan als het trieste slachtoffer in de Mattheus Passion. Veel aandacht wordt besteed aan de beschrijving van het proces van Jezus.Johann Sebastian Bach (1685 – 1750)
